Wennen aan de wereld
Bert Ernste
Mei 2006
Ik ben wel eens jaloers op mensen die sterke wortels hebben. Mensen die in de streek wonen, waar ze geboren zijn, en geen enkele drang voelen om daar weg te gaan, behalve op vakantie. Ze kennen hun omgeving, ze lopen blindelings naar huis, ook als ze beschonken uit de kroeg komen. Ze kennen de lokale gewoontes. Als iemand ze wat al te joviaal aanspreekt, weten ze dat feilloos te interpreteren. Ze weten hoe ze moeten reageren, zonder aarzelen. Ze kennen de producten in de supermarkt en hebben geen moeite om hun keuze te maken. Ze kopen met het grootste gemak in de ijzerhandel dat piefje, waarmee ze dat dingetje aan dat palletje vast kunnen zetten. Dat raak je allemaal kwijt als je langere tijd in een vreemd land gaat wonen.
Ik hoor u zeggen: “Maar na verloop van tijd weet je die dingen wel. Afgezien van wat gehakkel in de vreemde taal, lost zich dat wel op.” Dat is waar, maar niet helemaal. Denk je net “nu ben ik wel gewend en aangepast”, gaat er een kraan kapot en blijk je het woord voor ‘leertje’ niet te weten. Mensen die al dertig jaar of meer in het buitenland wonen en uitstekend geïntegreerd zijn, hebben het ineens weer moeilijk als ze met een of andere klacht naar een buitenlandse dokter moeten. Dan wil je toch liever in je moedertaal praten.
Zoenen
Maar wat je echt kwijt raakt door het wonen in een vreemd land is die
geruststellende vanzelfsprekendheid. Je merkt het al bij terugkeer op Schiphol, als
je je familie maar twee keer zoent, omdat je daar in Brazilië net aan gewend
bent. Tante Toos staat daar ineens met het hoofd uitgestoken op een derde zoen te
wachten. Je merkt het als je zwager je even vreemd aankijkt, wanneer je hem als man
op Braziliaanse wijze bij het handen schudden ook even bij de schouder pakt, of op
zijn schouder klopt in die halve of zelfs maar kwart omhelzing, die in Brazilië
gewoonte is. Je bent iets van je ‘vanzelfsprekend Nederlander zijn’ kwijt
geraakt. Je moet - een heel klein beetje - wennen aan je eigen land, iedere keer
opnieuw.
Ook blijf je, als je in het buitenland woont of hebt gewoond, altijd vergelijken. Je neemt je eigen wereld niet meer als vanzelfsprekend aan. “Dat zou je in Brazilië niet meemaken”, denk je, als je weer eens een botte Nederlandse ober meemaakt in een restaurant met te weinig personeel. “In Nederland houden ze zich tenminste aan hun afspraken”, gaat door je heen, als je te maken krijgt met de soms wat losse omgang met afspraken in Brazilië.
Na vijf jaar Portugal, heb ik een aantal jaren in Nederland gewoond en gewerkt. Aanvankelijk was ik daar zeer gelukkig mee. Ik was blij dat ik een aantal nadelen van Portugal niet meer had. Ik zat te vergelijken. Maar na verloop van tijd begon Nederland mij steeds meer te ergeren. Ik begon weer te verlangen naar een verandering van omgeving en de leuke dingen van Portugal. Ik zat weer te vergelijken. (Het werd Rio.)
Nederlandse hufterigheid
“Wat zijn Nederlanders toch hufterig in de dagelijkse omgang”, denk ik
iedere keer weer, wanneer ik terug kom in Nederland. Ik ben daarin trouwens niet de
enige, want door de eeuwen heen, schreven vele reizigers in hun verslagen over de
slechte manieren van de Hollanders. Wie een aardig overzicht wil lezen van de vele
manieren, waarop de Nederlandse horkerigheid zich uit, leze De lompe leeuw. Waarom
Nederlanders zo onbeschoft zijn van Binnert de Beaufort. Die botheid is trouwens
voor een deel uiterlijk, het is vaak niet zo slecht bedoeld. Wie de codes echter niet
kent, zoals buitenlanders, vindt (terecht) dat Nederlanders hem of haar respectloos
behandelen. Ook ik, volbloed Nederlander, geef veruit de voorkeur aan de dagelijkse
hoffelijkheid van Brazilianen, hoe oppervlakkig die misschien ook is. Tegelijkertijd
kan ik heel boos worden, als ze diezelfde vriendelijkheid gebruiken om me de meest
onlogische smoesjes op de mouw te spelden en mij uitleggen waarom de telefoon is
afgesloten door hún fout, maar dat ík nu toch echt dat ene papier moet
gaan laten zien op hun kantoor aan de andere kant van de stad. Dat is het Nederlandse
call center in het kwadraat.
Daar zit ik al wéér te vergelijken! Niets is meer vanzelfsprekend. Ik moet voortdurend wennen aan de wereld.
Meer Brazilië | Meer opinie | Contact