British flag  Bandeira brasileira
Plaatje familiewapen De Munnick

Foto'tje kop uil

Nieuwsplanning

Bert Ernste

Een kortere versie van onderstaand artikel verscheen in De Journalist van 14 januari 1994

Nieuws is nauwelijks te definiëren. Dat is echter onvoldoende reden om om helemaal geen regels te stellen. Een pleidooi voor het consequenter volgen van de problemen in de wereld.

Wat is nieuws?
Journalisten vragen zich maar weinig af wat nieuws is. Dat weten ze wel. Het is een soort automatisme. Je gaat door een rol telex of je scrolt door een computerbestand en bij nieuwswaardige berichten gaat vanzelf een lichtje branden. “Nieuws is niet te definieren, maar je herkent het als je het ziet”, schijnt iemand eens gezegd te hebben. Het overduidelijke nadeel van het feit dat je wel weet wat nieuws is, is natuurlijk dat het zo een zeer impliciet proces is, waar maar zelden over wordt nagedacht, zeker in de praktijk van alledag. Wie wel stil staat bij de vraag wat nieuws is en waarom, ziet meteen dat de term nieuws een van de meest rekbare begrippen ter wereld is. Voor een binnenpagina gelden heel andere criteria voor de bepaling van wat nieuws is dan voor de voorpagina. Een zogenaamd sfeerverhaal hoeft nauwelijks nieuws te bevatten, als het maar iets te maken heeft met nieuws elders in de krant.

Het gebrek aan een duidelijke visie leidt tot willekeur: persoonlijke voorkeuren en modes bepalen wat nieuws is. Dat leidt tot korte, heftige oprispingen, bijvoorbeeld een hausse aan verhalen over Braziliaanse straatkinderen naar aanleiding van de moord op zeven van hen in de nacht van Rio de Janeiro.

Nieuws consequenter volgen
Waarom worden de ontwikkelingen rond het lijden van de Latijns-Amerikaanse straatkinderen niet veel consequenter gevolgd? Waarom moeten er hoopjes doden ineens vallen voordat de media reageren? Het feit dat er jaarlijks enorme aantallen straatkinderen worden omgebracht (net zoals berooide landarbeiders, die afgeschoten worden door grootgrondbezitters) haalt de krant maar mondjesmaat. Er is iets mis met het nieuwcriterium dat zeven doden in een nacht groot nieuws vindt en de statistiek dat er jaarlijks talloze kinderen worden vermoord grotendeels negeert. Dat constante lijden zonder uitzicht zou op betere gronden regelmatig in het nieuws moeten komen.

Het zou daarom goed zijn als er criteria werden ontwikkeld voor het beantwoorden van de vraag hoe vaak en wanneer je terug komt op uitzichtloos lijden, waarover eigenlijk geen nieuws meer is te melden. In bovenstaand voorbeeld was het een voordeel dat het over kinderen ging. Een getal van zeven moorden in een nacht, was daardoor genoeg om wereldnieuws te zijn.

Honger in Afrika, de burgeroorlogen in Mozambique en Angola, om maar enkele voorbeelden te noemen, komen beduidend minder in het nieuws, terwijl er daar veel meer gestorven wordt. Om van de onderdrukking van de papoea’s in het voormalige Nederlands Nieuw Guinea en de bevolking van Oost-Timor, waar inmiddels een groot deel van de bevolking is uitgemoord, nog maar te zwijgen. Het is ironisch dat de wereld slechts bij vlagen over het lijden op Oost-Timor vernam en verneemt. Kort geleden was er zo’n vlaag waar te nemen: omdat er toevallig een cameraman met camera bij een bloedbad aanwezig was.

Het zou daarom goed zijn wanneer redacties een lijst zouden maken van conflicten in de wereld, van groepen die grof onderdrukt worden, van plaatsen waar burgeroorlogen woeden en ga zo maar door. Vervolgens moet er dan -met de kalender in de hand, desnoods in de computer met belsignalen- afgesproken worden op welke gezette tijden terug wordt gekomen op zo’n haard van onrecht, ook als daar geen nieuwe ontwikkelingen zijn. Nu gebeurt dat alleen als er -zoals gezegd- erge beelden zijn, of als een per regio en conflict (ras?) variërend, willekeurig dodental wordt overschreden, of als er per ongeluk een westerling in zo’n conflict betrokken raakt.

Verhalen afmaken
Ook het terugkomen op eerder gemaakte verhalen moet veel systematischer worden aangepakt. Beter gezegd: verhalen moeten beter worden afgemaakt. Talloze journalisten verdringen zich bij een historisch vredesakkoord of op de dag dat een land onafhankelijk wordt, ook als het een ver land betreft. Maar als na een decennia lange periode van burgeroorlog of onderdrukking zo’n land eindelijk aan zijn toekomst kan gaan werken, dan is dat ineens geen nieuws meer.

Zo gingen honderden journalisten in 1989 naar Namibia, dat onafhankelijk zou worden. Zij berichtten over de verkiezingen en de partijen, de rol van de blanken enz, over de Rehoboth Basters (o.a bij Reuters, AFP en door verslaggevers van NRC-H [als eerste] en de Volkskrant), die een speciale positie in dat land innemen en over de economische kansen van het land. Nu gaat nog slechts een enkeling serieus kijken, hoe het de Namibiërs verder vergaat. Dat is buiten alle proporties. Als een aantal redacties indertijd de qua informatie zeer op elkaar lijkende verhalen van de persbureaus hadden overgenomen, dan hadden die kranten nu geld gehad voor een reportagereis, die echt nieuwe informatie zou opleveren. Afghanistan werd grotendeel vergeten nadat de Sovjets uit dat land vertrokken. Van de Koerden willlen we nog maar monjesmaat iets weten, nu de Golfoorlog ver achter ons ligt.

Het moet mogelijk zijn om het volgen van de gebeurtenissen in de wereld systematischer aan te pakken minder afhankelijk te maken van de individuele belangstelling en willekeurige oprispingen van het geheugen van redacteuren en eindredacteuren. Door genoemde verantwoorde (mits niet alles overheersende) vorm van kalenderjournalistiek maakt een redactie zich ook minder afhankelijk van wat andere media schrijven. Nu is de onderwerpkeuze veel te veel gebaseerd op de waan van de dag bij de collega’s. De kwaliteit van de nieuwsvoorziening wordt te weinig bepaald door beleid, door bewuste en doordachte keuzes.

Exotiek nieuws?
Ook zou het begrip nieuws qua inhoud nader aangescherpt moeten worden. Enkele jaren terug schreef ik voor NRC Handelsblad enkele artikelen over het lot van de Yanomami indianen in Noord-Brazilie, die het aan de stok hadden met illegale goudzoekers in hun reservaat. De Braziliaanse regering begon toendertijd een actie om de illegale goudzoekers uit het gebied te verwijderen. Enige tijd later wilde ik -voor mij heel logisch- een vervolgbericht maken over (het gebrek aan) succes van de regeringsmaatregelen om de Yanomami te beschermen. Ik kreeg toen te horen dat “het nu wel genoeg indianen was geweest”, of woorden van gelijke strekking. Dat laat zien dat vaak exotiek, het vreemde verhaal over verre volken, voorrang krijgt boven nieuws in de zin van: wat gebeurt er? Toen het exotische deel van het verhaal was verteld, vond de dienstdoende bureauredacteur het vervolg niet meer interessant.

Een krant moet woekeren met de ruimte, maar ik blijf het gek vinden de afloop van een gebeurtenis niet te melden. Typische of zelfs gekke dingen van verre volken zijn interessant, maar ze mogen nooit de overhand krijgen boven nieuws, boven de vraag wat er aan de hand is, wat er gebeurt en hoe de afloop is. Gebeurt dat wel dan gaat de berichtgeving al heel gauw bijdragen aan stereotypering van vreemde volken en verre landen. Dat is wel gemakkelijk is, maar geen goede journalistiek.

Zo had de buitenlandse pers, die in navolging van de Nederlandse media over de verdrinking van een Marokkaans meisje in een plas bij Rotterdam berichtte dat omstanders het meisje lieten verdrinken vanwege racistische motieven, ook de mening van Justitie moeten weergeven, die daags daarna het beeld bijstelde. (Ik las het eerste verhaal in El Pais.) Gebeurt dat niet, dan blijft, op basis van één gek, vreemd verhaal, bij veel buitenlandse lezers het stereotype van een racistisch Nederland hangen. Natuurlijk leest lang niet iedereen het vaak kortere, saaiere vervolgbericht, maar in ieder geval is de berichtgeving dan compleet en daar moet het bij nieuws om gaan.

In wezen gaat het hier om hetzelfde argument als bij de onafhankelijkheid van Namibië, hierboven. Maak het verhaal af, geef de gebeurtenissen en hun vervolg weer, niet alleen het ene historische moment van de eerste vrije verkiezingen, maar ook de opbouw van het land die daarmee begint; niet alleen het exotische verhaal, maar ook wat er daarna kwam.

Maak verhalen af.

Meer mediacommentaren | Meer opinie | Contact